De eerste trigger van feedback is de meest gebruikte: de waarheidstrigger. Bij dit soort triggers gaat het om de inhoud van de feedback. Met andere woorden wat er in de feedback gezegd wordt. Of beter gezegd; hoe de ontvanger de feedback interpreteert. De trigger kan dan verschillende vormen krijgen. We ervaren de inhoud van de feedback als oneerlijk, feitelijk niet correct of niet echt opbouwend. Onze spontane reacties zijn dan meestal verontwaardiging of woede.

Een goed voorbeeld van de waarheidstrigger bij feedback is als iemand je de feedback geeft. “Jouw argumentatie bij het nieuwe voorstel voor aanpak van sociale media sloeg nergens op.” De inhoud van deze feedback raakt je en je wil er dan ook onmiddellijk op reageren.

Maar als je dan twee seconden langer bij de inhoud stilstaat voor je reageert, zal je merken dat er verschillende vragen zijn die je kan stellen voor je reageert. Vragen zoals. Wat bedoel je met ‘mijn argumentatie’? Waarom sloeg het nergens op? Kan je concreter maken wat je daar juist mee bedoelt? Dieper op deze inhoud ingaan is een manier om met deze waarheidstrigger om te gaan.

De tweede trigger van feedback draait niet om de inhoud van de boodschap, maar om de persoon die de feedback geeft. Soms worden we niet getriggerd door wat er gezegd wordt in de feedback, maar eerder door de persoon waarvan je de feedback krijgt. En meestal zegt dit iets over de relatie dat je met die persoon hebt; vandaar ook de naam relatietrigger.

Laten we het opnieuw concreet maken in een voorbeeld. Hoe anders ervaar je de feedback als die van je leidinggevende komt of als die van je sportmaatje komt? De kans dat de feedback van je sportmaatje je drie nachten wakker laat liggen is eerder klein. Dat kan te maken hebben met het feit dat de figuurlijke afstand tussen jullie groter is waardoor je de feedback minder snel persoonlijk neemt. Of je vindt de feedback van je sportmaatje gewoon minder belangrijk. De kans dat je datzelfde gevoel bij de feedback van je leidinggevende hebt, is eerder klein…

De derde en laatste trigger is de identiteitstrigger. Hier gaat het niet alleen om de inhoud van de feedback of om wie je de feedback geeft, maar het gaat over hoe je door de feedback jouw zelfbeeld ziet.

Zoals je wellicht al kan raden, is dit een erg heftige trigger. Als je deze trigger ervaart, is rustig en rationeel reageren meestal geen optie meer voor de ontvanger van de feedback. Vaak ga je bij het krijgen van feedback die inspeelt op de identiteitstrigger, in ‘overlevingsmodus’. Het wordt je zwart voor de ogen en je reageert ofwel onmiddellijk ‘emotioneel’ ofwel klap je helemaal dicht. Omdat je overweldigd wordt door wat de feedback met je doet.

Een voorbeeld hiervan kan de feedback zijn “Je denkt alleen maar aan jezelf.” Als je jezelf ziet als iemand die de andere altijd op de eerste plaats zet, kan deze feedback heel hard aankomen en voor heftige reacties zorgen.

Inzien dat er drie soorten triggers zijn op feedback is een belangrijke eerste stap. Want zoals je ziet is de éne reactie de andere niet. Om goede feedback te geven waar de ontvanger van de feedback ook daadwerkelijk iets mee zal doen, is het belangrijk om hierop in te spelen door je feedback aan te passen op de trigger die speelt bij de ontvanger van je feedback.

Heb je hier praktische vragen over? Contacteer ons dan. We helpen je graag verder!